Standaardprocedure asiel voor het Commissariaat-Generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen
In het kort
Het Commissariaat-Generaal voor Vluchtelingen en Staatlozen (CGVS) is een autonome instantie. Het beoordeelt verzoeken om internationale bescherming en beslist onafhankelijk over de toekenning van een beschermingsstatus. Daarnaast levert het CGVS ook documenten van de burgerlijke stand af aan erkende vluchtelingen en staatlozen.
Persoonlijk onderhoud
Hoe?
Het CGVS stuurt je een oproeping voor het persoonlijk onderhoud. Dit gebeurt in persoon, via e-mail of per aangetekende zending. Je krijgt de oproeping op:
- jouw gekozen woonplaats
- bij gebrek hieraan, op het secretariaat van het CGVS
Als je gekozen woonplaats het adres van je advocaat is, kan de oproeping per fax gebeuren.
Bij elke wijziging van je gekozen woonplaats moet je dit zowel aan het CGVS als aan DVZ meedelen, via aangetekende zending of in persoon. Hiervoor kan je het formulier 'Wijziging gekozen woonplaats' gebruiken.
Wanneer je verblijft in een opvangcentrum, stuurt het CGVS de oproeping per e-mail aan de verantwoordelijke van het centrum. Als je om redenen van overmacht niet aanwezig kan zijn op je persoonlijk onderhoud, communiceert het opvangcentrum dit in zijn antwoordmail aan het CGVS.
Het CGVS stuurt daarnaast nog een kopie van de oproeping:
- per gewone post naar je effectieve woonplaats, als het CGVS hiervan op de hoogte is en dit van een latere datum is dan de gekozen woonplaats
- per gewone post, e-mail, of fax naar je advocaat
Wanneer?
Het persoonlijk onderhoud in een standaardprocedure kan plaatsvinden:
- minstens acht kalenderdagen na de kennisgeving van de oproeping
Wanneer het niet mogelijk is een persoonlijk onderhoud af te ronden op de dag waarop het gepland was, kan de protection officer je vragen om het onderhoud minstens binnen de twee kalenderdagen te hervatten. De protection officer doet dit door middel van een kennisgeving aan de persoon zelf.
In een standaardprocedure gaat het persoonlijk onderhoud door in de kantoren van het CGVS, vlakbij het station Brussel-Zuid.
Ernest Blerotstraat 39, 1070 Brussel
Protection officer
De 'protection officer' bij het CGVS is de medewerker die het persoonlijk onderhoud afneemt. Hij waarborgt een passende geheimhouding en is dus gebonden tot naleving van de bescherming van het privéleven. Tijdens het persoonlijk onderhoud volgt de protection officer de deontologische richtlijnen en voorschriften voor een goed persoonlijk onderhoud. Die staan neergeschreven in de brochure ‘Handvest van het persoonlijk onderhoud’ van het CGVS.
Advocaat
Je laat je best bijstaan door een advocaat tijdens je persoonlijk onderhoud. Het is belangrijk op te merken dat je advocaat niet mag tussenkomen. Alleen aan het einde van het gesprek mag je advocaat iets toevoegen over de inhoud of het verloop ervan.
De advocaat kan vragen om je dossier in te kijken en kan kopieën aanvragen van de notities van het persoonlijk onderhoud.
Meer informatie vind je bij procedurele waarborgen.
Vertrouwenspersoon
Je kan je laten bijstaan door een vertrouwenspersoon. Dit is een persoon die je zelf aanduidt en die beroepshalve gespecialiseerd is in het verlenen van bijstand aan personen of in het vreemdelingenrecht.
Voorbeelden van vertrouwenspersonen zijn:
- sociaal assistenten
- vertegenwoordigers van NGO’s
- leerkrachten
- priesters, imams
- psychologen, psychiaters
De volgende personen kunnen niet aangesteld worden als vertrouwenspersoon:
- vrijwilligers van een organisatie die gericht is op bijstand aan personen of het vreemdelingenrecht
- bloedverwanten van de verzoeker tot en met de derde graad
- verzoekers om internationale bescherming
- personen die zijn veroordeeld voor feiten gepleegd op de persoon of met behulp van de persoon van een minderjarige
Het CGVS heeft de mogelijkheid om personen die niet voldoen aan de voorwaarden voor het aanstellen van een vertrouwenspersoon toch toe te laten op het persoonlijk onderhoud. Deze beslissing kan genomen worden als het CGVS van mening is dat het noodzakelijk is voor een adequaat onderzoek van je verzoek.
Anderzijds kan de protection officer zich verzetten tegen de aanwezigheid van een vertrouwenspersoon om redenen eigen aan het onderzoek of om vertrouwelijkheidsredenen.
Wil de vertrouwenspersoon het persoonlijk onderhoud bijwonen, dan moet die het formulier ‘Aanstelling van een vertrouwenspersoon’ invullen. Bij twijfel of iemand als vertrouwenspersoon in aanmerking komt, kan je contact nemen met de 'Helpdesk advocaten, vertrouwenspersonen en UNHCR' van het CGVS.
De vertrouwenspersoon geeft je morele en inhoudelijke steun. Hij mag net als de advocaat niet tussenkomen tijdens het persoonlijk onderhoud. Op het einde van het persoonlijk onderhoud kan hij wel opmerkingen toevoegen over de inhoud of het verloop ervan.
In tegenstelling tot een advocaat, kan je vertrouwenspersoon het dossier niet inkijken in jouw afwezigheid. Bovendien ontvangt hij geen oproepingsbrieven. Je moet hem dus zelf op de hoogte houden.
Tolk
Het KB over de procedure bij het CGVS legt duidelijk de taken van een tolk vast en bevat richtlijnen in geval van een belangenconflict. Deze informatie is beschikbaar in de CGVS-brochure 'Gedragscode voor vertalers en tolken'.
Als je niet wilt dat een tolk aanwezig is tijdens je persoonlijk onderhoud bij het CGVS, kun je een verklaring afleggen met behulp van het formulier ‘Verzaking aan bijstand tolk’. Dan verloopt het persoonlijk onderhoud in het Nederlands of Frans.
Voogd
Bij het persoonlijk onderhoud met een NBMV moet de voogd aanwezig zijn.
In tegenstelling tot de advocaat en de vertrouwenspersoon, is het de voogd wel toegestaan tijdens het persoonlijk onderhoud vragen te stellen en opmerkingen te maken.
De vragenlijst van het voorbereidend interview die werd ingevuld tijdens de opstart van je verzoek om internationale bescherming bij DVZ, dient als voorbereidend document voor het persoonlijk onderhoud.
Tijdens het persoonlijk onderhoud moet je de waarheid vertellen en je uiterste best doen om je identiteit, herkomst, reisweg en de aangehaalde feiten te bewijzen. Het is belangrijk om duidelijke en overeenstemmende verklaringen af te leggen. Waar mogelijk moet je deze ondersteunen aan de hand van bewijsdocumenten. Jouw verklaringen en bewijsdocumenten worden getoetst aan de kennis van het CGVS, vergaard door zijn Documentatie en Researchdienst (CEDOCA). We spreken daarom van een gedeelde bewijslast.
Het CGVS beoordeelt in essentie twee aspecten:
- de waarachtigheid en de geloofwaardigheid van je verklaringen
- de toetsing van je vluchtverhaal aan de criteria van de vluchtelingenstatus en de subsidiaire bescherming
- Bewijzen en stukken
Je moet alle mogelijke bewijzen aanbrengen. Het ontbreken van bewijsstukken, vooral diegene die je nationaliteit en identiteit aantonen, vormt een negatieve indicatie voor je algemene geloofwaardigheid, tenzij er een geldige verklaring voor is. Je verklaringen moeten in dat geval zeker consistent en geloofwaardig zijn om het bewijs te leveren dat je vluchteling bent of in aanmerking komt voor subsidiaire bescherming.
Je maakt de stukken best over voor de aanvang van het persoonlijke onderhoud. Meer informatie over hoe je stukken overmaakt, vind je op de pagina 'procedurele waarborgen'. Bijkomende stukken kunnen tijdens het persoonlijk onderhoud worden toegevoegd.
Je moet zelf instaan voor de vertaling van de stukken in het Nederlands, Frans, Duits of Engels of ze minstens toelichten tijdens het persoonlijk onderhoud. Indien geen vertaling werd gegeven, is het CGVS niet verplicht de gehele stukken te vertalen maar volstaan de relevante gegevens.
- Elektronische dragers
Indien het CGVS goede redenen heeft om aan te nemen dat je bepaalde elementen achterhoudt, kan zij je uitnodigen om deze elementen direct voor te leggen, “wat ook hun drager is”. Het moet wel gaan om elementen die essentieel zijn voor een correcte beoordeling van je verzoek. Wanneer je dit niet doet kan het een aanwijzing zijn van je weigering om te voldoen aan de medewerkingsplicht, en dus een indicatie voor een risico op onderduiken.
De Memorie van Toelichting bij de Verblijfswet verduidelijkt dat het gaat om elke mogelijke drager, ook elektronische informatiedragers en communicatiemiddelen, zoals: GSM, laptop, tablet, USB, geheugenkaart en sociale netwerksites (Facebook, Twitter, Instagram, Linkedin,...).
De Privacycommissie gaf een ongunstig advies over het wetsontwerp dat inzage in deze stukken invoerde, onder meer omdat een duidelijk wettelijk kader ontbreekt over enerzijds de vrije instemming en de rechten van de verzoekers en anderzijds de wijze waarop de toegang tot de digitale drager zal gebeuren
Ook UNHCR stelde zich vragen over de mate waarin het effectief om een vrije instemming van de verzoeker gaat. Er werd echter geen rekening gehouden met deze opmerkingen. Wel werd een KB aangekondigd om dit wettelijk kader te scheppen. Het CGVS gaf al aan dit KB te zullen afwachten. Het CGVS heeft wel toegang tot bijvoorbeeld het publieke luik van je Facebook-account omdat dit openbare info is.
Het Grondwettelijk Hof oordeelde in arrest nr. 23/2021, B.33.3, dat een KB met bijkomende waarborgen ter bescherming van de privacy zich opdringt. Daarnaast oordeelt het Grondwettelijk Hof dat de beslissing om bepaalde elementen op te vragen schriftelijk of mondeling meegedeeld moet worden aan de verzoeker of diens advocaat. Tot slot mogen de bevoegde instanties alleen de elementen raadplegen die door de verzoeker zijn neergelegd op verzoek van die instanties. De bevoegde instanties zijn niet gemachtigd om zelf zoekverrichtingen uit te voeren op de drager die hen is overhandigd.
Het CGVS kan je later vragen om bijkomende inlichtingen te geven. Je moet reageren binnen de 30 dagen na verzending van dat verzoek om bijkomende inlichtingen. Anders kan het CGVS je procedure beëindigen of je verzoek weigeren wanneer er voldoende elementen aanwezig zijn in het dossier. Daarom is het belangrijk om je gekozen woonplaats van bij het begin door te geven en actueel te houden bij elke verhuis.
Kan je door een bepaalde kwetsbaarheid niet volwaardig deelnemen aan de asielprocedure, dan roep je best bijzondere procedurele noden in. Iedereen moet dezelfde kans krijgen om zijn verhaal zo goed mogelijk en in de best mogelijke omstandigheden te kunnen vertellen.
Deze worden in principe vanaf het doen van je verzoek om internationale bescherming bij DVZ vastgesteld. In de praktijk wordt hiertoe pas een specifieke vragenlijst voorgelegd bij het voorbereidend interview van DVZ.
Heb je bijzondere procedurele noden en heb je die niet meegedeeld tijdens je eerste gesprek bij DVZ, informeer dan zeker het CGVS. Zo kan het CGVS de gepaste maatregelen nemen.
Meer informatie vind je bij de procedurele waarborgen.
De protection officer noteert het hele gesprek (vragen, antwoorden, en eventuele problemen die zich voordeden) in een verslag als notities van het persoonlijk onderhoud.
Jijzelf, je advocaat, je voogd of persoon die het ouderlijk gezag uitoefent, kunnen hier een kopie van vragen en opmerkingen overmaken binnen een vastgestelde termijn. Het CGVS voorziet hiervoor een specifiek formulier, dat ook ter plaatse kan ingevuld worden aan het einde van het persoonlijk onderhoud.
Meer informatie vind je bij de procedurele waarborgen.
Je wordt als verzoeker om internationale bescherming minstens éénmaal gehoord met een persoonlijk onderhoud tenzij:
- het CGVS je kan erkennen als vluchteling op basis van het reeds beschikbare bewijs
- het CGVS van oordeel is dat je niet kan gehoord worden als gevolg van blijvende omstandigheden waar je geen invloed op hebt. Bij twijfel kan het CGVS hierover een arts raadplegen. In dit geval worden de nodige inspanningen gedaan om je de kans te geven de vereiste informatie te verstrekken.
- het om een volgend verzoek gaat
Het CGVS kan dus besluiten tot toekenning van een beschermingsstatus zonder een persoonlijk onderhoud te organiseren. De selectie van dossiers gebeurt na een interne screeningsprocedure, zoals het invullen van een vragenlijst. Deze aanpak stelt het CGVS bijvoorbeeld in staat sneller erkenningen te verlenen aan verzoekers uit landen met een hoge beschermingsgraad. Het is belangrijk om te benadrukken dat deze procedure nooit kan leiden tot een negatieve beslissing.
Daarnaast is het mogelijk dat je meerdere keren wordt opgeroepen voor een persoonlijk onderhoud. Dit gebeurt bijvoorbeeld als er te weinig informatie is om een weloverwogen beslissing te nemen of er twijfel bestaat over reeds afgelegde verklaringen.
Beslissingen van het CGVS
Het CGVS motiveert een positieve beslissing tot toekenning van het vluchtelingenstatuut niet.
In theorie kan de Minister van Binnenlandse Zaken binnen een termijn van 30 dagen beroep aantekenen bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen. In de praktijk gebeurt dit bijna nooit.
Ongeveer een maand na de erkenning, stuurt het CGVS je een vluchtelingenattest toe.
Het CGVS motiveert in deze beslissing waarom je niet in aanmerking komt voor de vluchtelingenstatus, maar wel voor subsidiaire bescherming.
Wil je in aanmerking komen voor het statuut van vluchteling? Dan kan je bij de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV) in beroep gaan binnen de 30 dagen. Dit is niet zonder risico. Je kan de subsidiaire bescherming ook verliezen als de RvV van mening is dat je toch niet in aanmerking komt voor subsidiaire bescherming.
Het CGVS motiveert waarom je niet in aanmerking komt voor de vluchtelingenstatus en de subsidiaire beschermingsstatus.
Tegen de negatieve beslissing kan je een schorsend beroep indienen bij de RvV binnen de 30 dagen. het gaat hier om een standaardprocedure. De beroepstermijn kan afwijken. Meer informatie vind je bij bijzondere procedures.
Zelfs als je voldoet aan de voorwaarden voor het verkrijgen van de vluchtelingenstatus of de subsidiaire beschermingsstatus, kan je alsnog worden uitgesloten van de toepassing ervan. Je krijgt dan geen internationale bescherming.
Uitsluiting van de vluchtelingenstatus
Je kan uitgesloten worden van de vluchtelingenstatus door artikel 1D of 1F van de Conventie van Genève. Het CGVS besluit tot uitsluiting:
- omdat je al bescherming krijgt van een andere instelling of agentschap van de Verenigde Naties (VN) dan het vluchtelingenagentschap (UNHCR), zoals het VN-Agentschap voor Palestijnse Vluchtelingen (UNRWA).
- Ingevolge ernstige financiële problemen is UNRWA echter niet in staat om Palestijnse vluchtelingen in Gaza en Libanon effectieve bescherming of bijstand te bieden. In afwijking van deze uitsluitingsclausule, krijgen deze vluchtelingen sinds juli 2021 wel internationale bescherming in België. Meer info vind je in het nieuwsbericht 'de behandeling van verzoeken van Palestijnen' van het CGVS.
- omdat er ernstige redenen zijn om te veronderstellen dat je een
- misdrijf tegen de vrede, een oorlogsmisdrijf of een misdrijf tegen de menselijkheid hebt begaan, zoals gedefinieerd in het internationaal strafrecht en humanitair recht
- een ernstig, niet-politiek misdrijf hebt gepleegd buiten België voordat je hier als vluchteling bent toegelaten zoals bijvoorbeeld terroristische daden
- je je schuldig hebt gemaakt aan handelingen in strijd met de doelstellingen en beginselen van de Verenigde Naties
Uitsluiting van de subsidiaire beschermingsstatus
Je kan uitgesloten worden van de subsidiaire beschermingsstatus wanneer er ernstige redenen zijn om aan te nemen dat:
- je een misdrijf tegen de vrede, een oorlogsmisdrijf of een misdrijf tegen de menselijkheid hebt gepleegd zoals gedefinieerd in de relevante internationale verdragen
- je je schuldig hebt gemaakt aan handelingen die in strijd zijn met de doelstellingen en beginselen van de Verenigde Naties
- je een ernstig misdrijf hebt gepleegd
- je een gevaar vormt voor de samenleving of de nationale veiligheid
- wanneer je één of meerdere misdrijven hebt gepleegd die niet onder de hier boven beschreven uitsluitingsclausules vallen, maar
- die misdrijven strafbaar zijn met een gevangenisstraf als ze in België gepleegd zouden zijn
- voor zover je je land van herkomst enkel hebt verlaten om te ontsnappen aan je straf.
De uitsluitingsgronden zijn ook van toepassing op personen die wetens en willens aanzetten tot deze misdrijven of eraan deelnemen.
Het CGVS houdt rekening met de ernst van de gestelde daden, met de individuele verantwoordelijkheid van de betrokkene en met de aangevoerde verschoningsgronden.
Meer informatie vind je op de pagina 'verlies statuut internationale bescherming'.
Deze beslissing wordt genomen in het kader van een ontvankelijheidsprocedure.
Meer informatie vind je op de pagina 'bijzondere procedures internationale bescherming'.
Deze beslissing wordt genomen in het kader van een versnelde procedure.
Meer informatie vind je op de pagina 'bijzondere procedures internationale bescherming'.
De Vreemdelingenwet voorziet dat het CGVS een beslissing tot beëindiging kan nemen wanneer je:
- je niet aanmeldt op vastgestelde datum en geen geldige reden geeft binnen de bepaalde termijn
- geen gevolg geeft aan een verzoek om inlichtingen, binnen de maand na verzending van het verzoek om inlichtingen
- nalaat de verderzetting te vragen van de procedure bij het bekomen van een onbeperkt verblijf
- de plaats van vasthouding of verblijf zonder toestemming hebt verlaten zonder binnen de vijftien dagen contact op te nemen met DVZ
- je gedurende minstens vijftien dagen hebt onttrokken aan de meldingsplicht
- een minderjarige begeleide asielzoeker bent die geen verderzetting van de asielprocedure heeft gevraagd bij het overlijden van zijn ouder(s)
- verklaart afstand te doen van je verzoek
- vrijwillig en definitief terugkeert naar je land van herkomst
- de Belgische nationaliteit verwerft