Openbare orde (internationaal privaatrechtelijk)

Met ‘openbare orde’ worden die beginselen bedoeld die voor de Belgische samenleving zo belangrijk zijn dat er niet van kan worden afgeweken door de toepassing van buitenlands recht.

Deze beginselen vormen dus een uitzondering op de normale IPR-regels, die in bepaalde gevallen leiden tot de toepassing van buitenlands recht: de 'exceptie van openbare orde'.

Bijvoorbeeld:Bij een huwelijk wordt in de regel de nationale wet van beide huwelijkskandidaten toegepast. Wanneer het nu op grond van een buitenlandse bepaling mogelijk zou zijn om een polygaam huwelijk af te sluiten, dan zal de Belgische ambtenaar van de burgerlijke stand de exceptie van de openbare orde inroepen en weigeren het huwelijk te sluiten.

Een ander voorbeeld is de ontbinding van het huwelijk door de eenzijdige wilsuiting van de man. De erkenning van zo een ontbinding kan in België geweigerd worden, omdat de vrouw niet dezelfde rechten had om het huwelijk eenzijdig te kunnen ontbinden.

In het internationaal privaatrecht moet men wel steeds in gedachten houden dat men werkt met buitenlands recht, waar de concepten en beleidskeuzes van de wetgever kunnen verschillen van de Belgische. Deze verschillen op zich zijn onvoldoende om het buitenlands recht opzij te schuiven en te vervangen door Belgisch recht. De notie 'openbare orde' moet voldoende restrictief worden toegepast.

Het Wetboek IPR geeft twee beoordelingscriteria. Er moet rekening worden gehouden met:

  • de intensiteit van de aanknoping van de situatie met de Belgische rechtsorde enerzijds en
  • de ernst van de gevolgen voor het specifieke geval als er een uitzondering wordt gemaakt anderzijds. Zie artikel 21 Wetboek IPR.

Meer info?

Artikel 21 Wetboek IPR