Na RvV-vernietiging van weigering visum moet binnen korte termijn nieuw DVZ-besluit volgen. RvV kan DVZ in 'voorlopige maatregelen' verplichten binnen bepaalde termijn te beslissen en rekening te houden met eerdere RvV-arresten.
Het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen (CGVS) stelt op zijn website dat asielverzoeken van Syriërs tijdelijk, al zeker tot eind juli, zijn opgeschort.
Door een beleidswijziging van DVZ mogen ambassades enkel nog ambtshalve visa afleveren aan familieleden van arbeidsmigranten als de arbeidsmigrant een brutoloon van 5000 euro per maand verdient of tot een aantal specifieke categorieën behoort.
Personen die recht hebben op tijdelijke bescherming mogen dit recht uitoefenen in lidstaat naar keuze, ook als eerdere aanvraag in andere lidstaat nog hangende is of werd geweigerd.
Bij aanvraag studievisum voor voorbereidend jaar mag DVZ geen bewijs van definitieve inschrijving in de opvolgende studie eisen. Bewijs van voorwaardelijke inschrijving kan volstaan.
Op 10-2-2025 bevestigt RvV dat het loutere feit dat een Burundees IB heeft aangevraagd in België voldoende is om een gegronde vrees voor vervolging vast te stellen.
De Syrische autoriteiten leveren terug uittreksels van documenten van de burgerlijke stand af en van administratieve documenten zoals een uittreksel strafregister. Legalisatie van die documenten is mogelijk.
HvJ stelt op 18-6-2024 dat staten ten volle rekening moeten houden met vluchtelingenstatus in andere lidstaat. De RvV volgt deze rechtspraak in arrest van 12-7-2024 net als de RvS in arrest van 3-2-2025.
Hof van Cassatie verduidelijkt op 4-10-2024 dat bij de beoordeling van het frauduleus karakter van een erkenning het belang van het kind de eerste overweging moet zijn.
In een vonnis van 2-2-2024 beslist de Rechtbank van eerste aanleg van Brussel (Franstalig) dat de Belgische staat een Palestijns gezin in Gaza moet toelaten om
Het hoger belang van het kind kan een buitengewone omstandigheid uitmaken voor een ontvankelijke humanitaire regularisatie op basis van artikel 9bis Vw.
Als eerste lidstaat definitieve negatieve beslissing nam over eerste VIB, kan tweede lidstaat een volgend verzoek behandelen via ontvankelijkheidsprocedure.
Recht op vrij verkeer garandeert grensoverschrijdende meeneembaarheid van burgerlijke staat voor Unieburgers, ook van toepassing is op iemands genderidentiteit