Geen visum C meer met oog op huwelijk of wettelijke samenwoonst, wel visum D
In het kort
Als partner van een Belg of derdelander met verblijfsrecht in België kan je sinds 15-1-2024 een D-visum (lang verblijf) vragen om een huwelijk of wettelijke samenwoning af te sluiten in België. Een specifiek C-visum om hier te huwen of wettelijk samen te wonen, bestaat niet meer.
Als partner van een Unieburger heb je twee mogelijkheden:
- Je vraagt een C-visum als ‘ander familielid’ van een Unieburger op basis van richtlijn 2004/38/EG. Na aankomst in België start je gezinshereniging op. Dat kan alleen als je een 'deugdelijk bewezen duurzame partner' bent die niet in aanmerking komt voor gezinshereniging als ‘wettelijk geregistreerde partner’ én als je visumplichtig bent.
- Je vraagt een D-visum m.o.o. het afsluiten van een huwelijk of wettelijke samenwoning. In dat geval moet je dezelfde documenten voorleggen en procedure volgen als partners van Belgen en derdelanders (zie onder).
Wie alleen in België wil huwen maar hier niet wil blijven, kan nog altijd een gewoon visum C kort verblijf vragen als men geloofwaardig aantoont dat de aanvrager na het huwelijk zeker het grondgebied terug zal verlaten. Ook vreemdelingen die niet visumplichtig zijn kunnen naar België komen voor een kort verblijf om hier te huwen. Zij moeten aan de grens wel (kunnen) bewijzen dat ze voldoen aan de binnenkomstvoorwaarden.
Discretionaire bevoegdheid DVZ
De nieuwe praktijk van het D-visum m.o.o. huwelijk of wettelijke samenwoning met een Belg, Unieburger of derdelander met verblijfsrecht in België kadert in de discretionaire bevoegdheid van de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) en komt er naar aanleiding van rechtspraak van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen en het Hof van Justitie. Lees hierover ons nieuwsbericht ‘RvV: DVZ mag C-visum voor wettelijke samenwoning of huwelijk niet weigeren op grond van voorwaarden gezinshereniging’. De staatssecretaris hief met de omzendbrief van 14 maart 2024 de oude omzendbrieven over visa C m.o.o. huwelijk en wettelijke samenwoning van 11 juli 2001 (geheel) en 21 juni 2007 (gedeeltelijk) op.
Visum D m.o.o. huwelijk of wettelijke samenwoning met Belg, Unieburger of derdelander
De partner vraagt een D-visum aan m.o.o. een huwelijk of wettelijke samenwoning bij de bevoegde diplomatieke post (of zijn externe dienstverlener) in het herkomstland. De voor te leggen documenten wijzigden niet en zijn terug te vinden op de website van DVZ. Wat wel verandert, is dat de partner nu ook een retributie moet betalen (229 euro) en het betalingsbewijs bij de aanvraag moet voegen.
Dat dezelfde documenten gevraagd worden aan partners van Unieburgers, als aan partners van Belgen en derdelanders roept vragen op: de voorwaarden voor gezinshereniging, na voltrekking van het huwelijk of de wettelijke samenwoning, voor de echtgenoot of wettelijk geregistreerde partner van een Unieburger zijn immers veel soepeler dan de voorwaarden gezinshereniging met een Belg of derdelander. Toch moeten zij bewijzen dat ze aan dezelfde voorwaarden voldoen, ook al gelden die niet voor hen.
Eens het D-visum afgeleverd wordt kan de partner naar België reizen en zich aanmelden bij de gemeente van zijn verblijfplaats. De gemeente geeft een bijlage 15 die 45 dagen geldig is en, na een positieve woonstcontrole, een verblijfskaart A geldig voor zes maanden. Tijdens deze periode moet het huwelijk afgesloten worden of de verklaring wettelijke samenwoning afgelegd en geregistreerd worden in het rijksregister.
Meteen nadien moet de partner een aanvraag gezinshereniging indienen (nog steeds binnen de geldigheidsduur van de verblijfskaart A):
- Er moet niet opnieuw een retributie betaald worden (die werd immers al betaald bij de aanvraag van het D-visum);
- Op voorlegging van het paspoort en de huwelijksakte of geregistreerde wettelijke samenwoning, geeft de gemeente meteen een verblijfskaart A (gezinshereniging met derdelander) of F kaart (gezinshereniging met Belg) af. De partner moet geen andere documenten meer voorleggen en er gebeurt geen verdere controle of onderzoek door de gemeente (gezien de voorwaarden voor gezinshereniging al door DVZ gecontroleerd werden bij de visumaanvraag D).
- Wanneer het huwelijk of de wettelijke samenwoning niet voltrokken resp. geregistreerd werd in het rijksregister binnen de 6 maanden, ontvangt de partner in principe een bevel om het grondgebied te verlaten (BGV - bijlage 13)
- Het koppel heeft dit niet altijd zelf in de hand omdat de ambtenaar van de burgerlijke stand de voltrekking van het huwelijk resp. registratie van de wettelijke samenwoning in het rijksregister, in totaal maximum vijf maanden kan uitstellen bij een vermoeden van schijnrelatie. Bovendien is de startdatum van een procedure om te huwen of wettelijk samen te wonen ook afhankelijk van de werking en organisatie van de lokale dienst burgerlijke stand (zo werken sommige diensten op afspraak). Wanneer een koppel, onafhankelijk van hun wil, er niet in slaagt om te huwen of wettelijk samen te wonen binnen de geldigheidsduur van de A kaart, kan DVZ deze kaart uitzonderlijk verlengen. Dit wordt geval per geval beoordeeld;
- Tijdens de procedure huwelijk/wettelijke samenwoning is de partner beschermd tegen gedwongen uitwijzing, niettegenstaande de afgifte van een BGV. Dat volgt uit de omzendbrief van 17 september 2013. Om die reden is het belangrijk dat de ABS een ontvangstbewijs afgeeft bij de start van de procedure;
- De partner van een Belg of Unieburger kan de procedure gezinshereniging ook opstarten vanuit onwettig verblijf. In dat geval kan de gemeente niet meteen een F kaart afgeven, maar geldt de normale behandelingstermijn van zes maanden (met afgifte AI in afwachting van een beslissing).
- De partner van een derdelander kan de procedure gezinshereniging alleen opstarten vanuit onwettig verblijf voor zover hij buitengewone omstandigheden bewijst die verhinderen dat hij de aanvraag indient in zijn herkomstland. Kan hij dit niet bewijzen dan moet hij tijdelijk terugkeren naar zijn herkomstland en daar een visum gezinshereniging aanvragen.
Visum C als duurzame partner ('ander familielid') van een Unieburger
Naast het D-visum m.o.o. het afsluiten van een huwelijk of wettelijke samenwoning, kunnen sommige partners van Unieburgers een C-visum vragen als ‘ander familielid’ van een Unieburger op basis van richtlijn 2004/38/EG. Na aankomst in België kunnen ze meteen gezinshereniging vragen op de gemeente van hun verblijfplaats. Dat kan alleen:
- als het gaat om een 'deugdelijk bewezen duurzame partner' die niet in aanmerking komt voor gezinshereniging als ‘wettelijk geregistreerde partner’ (omdat hij/zij niet voldoet aan één of meerdere voorwaarden) en;
- als de partner visumplichtig is.
Minderjarig kind dat partner wil begeleiden
Het nieuwe beleid voorziet tevens in een regeling voor minderjarige kinderen van de toekomstige echtgenoot / wettelijk samenwonende partner die mee naar België willen komen. Ook zij kunnen een visum D vragen als ze hun ouder gelijktijdig willen vervoegen naar België. DVZ zal dan beide visumaanvragen samen behandelen. De voor te leggen documenten zijn terug te vinden op de website van DVZ. Het kind kan na aankomst in België (op vraag van de ouder) een A kaart voor 6 maanden ontvangen. Ook hier is het de bedoeling dat het kind na het afsluiten van het huwelijk of de registratie van de wettelijke samenwoning, een procedure gezinshereniging opstart met de stiefouder binnen de geldigheidsduur van de verblijfskaart A (6 maanden). Op voorlegging van het paspoort en het bewijs van verwantschap met de stiefouder, geeft de gemeente meteen een verblijfskaart A (gezinshereniging met derdelander) of F kaart (gezinshereniging met Belg) af.
Huwelijk met gewoon C-visum of kort verblijf nog steeds mogelijk
Vreemdelingen die in België willen huwen maar nadien geen gezinshereniging willen doen, kunnen nog steeds een visum C kort verblijf vragen met als reisdoel een huwelijk afsluiten in België. Zij moeten dan wel bewijzen dat ze het voornemen hebben om België (en de andere lidstaten) te verlaten vóór het verstrijken van hun kort verblijf (van maximum 90 dagen) en dat er geen vestigingsgevaar is. Concreet moeten ze bewijzen dat het centrum van hun belangen in hun herkomstland blijft of een andere verblijfplaats buiten Schengen. Ook moeten ze voldoen aan alle andere voorwaarden voor een kort verblijf (lees de voorwaarden na in onze rubriek kort verblijf als derdelander). Hoewel DVZ deze mogelijkheid niet vermeldt op zijn website sluit de Visumcode dit geenszins uit.
Ook vreemdelingen die niet visumplichtig zijn kunnen naar België komen voor een kort verblijf om hier te huwen. Zij moeten aan de grens wel (kunnen) bewijzen dat ze voldoen aan de binnenkomstvoorwaarden.
Overgangsregeling
Visa C-aanvragen die vóór 15 januari 2024 zijn ingediend en visa C-aanvragen die na 15 januari 2024 zijn ingediend op grond van een afspraak die vóór 15 januari 2024 gemaakt is, worden volgens DVZ nog behandeld volgens de oude regels. Sommige posten of externe dienstverleners blijken, ondanks de verstuurde instructies, nog niet op de hoogte te zijn van de nieuwe procedure. DVZ liet ons weten dat Bureau Gezinshereniging - Visa (onterecht) ingediende aanvragen voor C-visa na de overgangsregeling toch nog zal behandelen.
Meer info
- Lees het nieuwsbericht op de website van de Dienst Vreemdelingenzaken ‘Visum D met het oog op een huwelijk of wettelijke samenwoning in België’
- Omzendbrief van 14 maart 2024 tot opheffing van de omzendbrief van 11 juli 2001 betreffende de documenten die moeten worden overgelegd om een visum te verkrijgen met het oog op het sluiten van een huwelijk in het Rijk of om een visum gezinshereniging te bekomen op grond van een huwelijk voltrokken in het buitenland en tot gedeeltelijke opheffing van de omzendbrief van 21 juni 2007 betreffende de wijzigingen in de reglementering betreffende het verblijf van vreemdelingen ten gevolge van de inwerkingtreding van de wet van 15 september 2006, BS 26 maart 2024
- Lees ons artikel ‘RvV: DVZ mag C-visum voor wettelijke samenwoning of huwelijk niet weigeren op grond van voorwaarden gezinshereniging’
- Lees meer over tijdelijke bescherming tegen gedwongen verwijdering bij voornemen om wettelijk samen te wonen of om te huwen