Samenvatting
Het Arbeidshof te Gent, afdeling Brugge, vernietigt een vonnis van de Arbeidsrechtbank te Brugge dat de vordering van appellant ongegrond verklaarde. De vordering van appellant betrof een beslissing van het OCMW Oostende dat de maatschappelijke dienstverlening aan hem beperkte tot dringende medische hulp op basis van art. 57 van de OCMW-wet. De betrokkene verblijft illegaal op het grondgebied nadat zijn asielaanvraag werd afgewezen en hem een bevel om het grondgebied te verlaten werd betekend. In tegenstelling tot de eerste rechter, oordeelden de rechters in beroep dat betrokkene aantoont dat hij wegens overmacht in de onmogelijkheid verkeert om het grondgebied te verlaten. Uit de door betrokkene voorgelegde stukken blijkt immers dat hij van Tibetaanse origine is en Tibetaans spreekt. Uit de stukken van de DVZ blijkt niet dat betrokkene naar de Volksrepubliek of enig ander land kan worden gerepatrieerd. Uit de brieven van de DVZ blijkt evenmin dat de Volksrepubliek thans zijn terugkeerpolitiek met betrekking tot Tibetanen heeft gewijzigd en bereid is om Tibetanen of personen van Tibetaanse origine terug te nemen. De DVZ laat bovendien na om over te gaan tot de identificatieprocedure hoewel zij daar toe in de mogelijkheid is. De betrokkene is dus onverwijderbaar. Hieruit volgt dat art. 57§2 OCMW-wet geen toepassing kan vinden en dat de betrokkene recht heeft op financiële steun ten belope van het leefloon als alleenstaande