Nieuwe verblijfsprocedure EU-seizoenarbeiders en - mobiliteitsstudenten

In het kort

Sinds 1-11-2024 kan je als EU-seizoenarbeider of -mobiliteitsstudent die hier langer dan drie maanden wil werken of studeren een nieuwe verblijfsprocedure opstarten. Het gaat om een versnelde procedure zonder inschrijving in het rijksregister. Daarnaast behoud je ook de (alternatieve) mogelijkheid om een verblijfskaart EU te vragen mét inschrijving in het rijksregister zoals dat vroeger al kon.

In de nieuwe procedure kan de gemeente het verblijfsrecht van EU-seizoenarbeiders en -mobiliteitsstudenten, die hier langer dan drie maanden willen werken of studeren, zelf onmiddellijk erkennen door de afgifte van een papieren bijlage 3septies. EU-seizoenarbeiders en -mobiliteitsstudenten die maximum drie maanden willen werken of studeren, krijgen zoals vroeger een bijlage 3ter (‘melding van aanwezigheid’).

De Unieburger vraagt de bijlage 3septies aan via een bijlage 19, mits bewijs van zijn Unieburgerschap. Het model van de bijlage 19 is daarom vernieuwd en bevat nu twee extra vakjes:

  • 'seizoenarbeider overeenkomstig artikel 51, § 4, van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981'
  • 'student overeenkomstig artikel 51, § 4, van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981'

Bij zijn aanvraag legt de Unieburger de volgende documenten voor aan de gemeente:

  • Seizoenarbeider: het gelegenheidsformulier of ‘plukkaart’;
  • Mobiliteitsstudent: het bewijs deel uit te maken van het uniaal of multilateraal programma met mobiliteitsmaatregelen of de overeenkomst tussen twee of meer instellingen voor hoger onderwijs met een beperkte duurtijd van maximum zes maanden.
    • Opgelet! De EU-mobiliteitsstudent moet voor een bijlage 3septies dus géén bewijs van voldoende bestaansmiddelen (= verklaring op eer) en ziekteverzekering voorleggen, zoals in de 'normale' procedure als EU-student. Volgens de Verblijfswet zullen de familieleden van de student die gezinshereniging vragen dat bewijs echter wél nog moeten leveren. De regels over gezinshereniging voor deze categorie zijn immers niet gewijzigd.

Kan de Unieburger bovenstaande documenten niet (meteen) voorleggen maar wil hij wel graag een bijlage 3septies (in plaats van een verblijfskaart EU), dan geeft de gemeente géén bijlage 19 en zal ze de Unieburger uitnodigen om zijn aanvraag op een later tijdstip in te dienen, wanneer hij wel de vereiste documenten kan voorleggen.

Kan de Unieburger bovenstaande documenten wel meteen voorleggen, dan erkent de gemeente het verblijfsrecht van meer dan drie maanden door de afgifte van de bijlage 3septies. Dit document wordt kosteloos verstrekt en is geldig voor de voorgenomen duur van de seizoensarbeid of de studie:

  • voor EU-studenten is de maximale geldigheidsduur zes maanden;
  • voor EU-seizoenarbeiders komt de geldigheid van de bijlage 3septies overeen met de geldigheidsduur van de plukkaart. 
    • De geldigheidsduur van een plukkaart is nooit langer dan 31 december van het jaar waarin de plukkaart afgegeven wordt. Een bijlage 3septies is dus maximaal geldig tot 31 december.

De gemeente kan het verblijfsrecht niet zelf weigeren: alleen DVZ kan dat.

In de procedure voor een bijlage 3septies vraagt de gemeente géén woonstonderzoek en wordt de Unieburger niet ingeschreven in het rijksregister. Dit kan onder meer nadelige gevolgen hebben voor:

  • Het verwerven van duurzaam verblijfsrecht 
    • Na vijf jaar ononderbroken verblijf op basis van het vrij personenverkeer hebben Unieburgers recht op een duurzaam verblijf. Voor de berekening van de vijf jaar ononderbroken verblijf baseert de gemeente zich in de praktijk vaak op het rijksregister maar daarin zullen de periodes verblijf onder de bijlage 3septies niet vermeld staan. De Unieburger zal dan zelf moeten bewijzen dat hij tijdens die periodes in België verbleef in het kader van het vrij personenverkeer (bv. met een bijlage 3septies);
  • Een aanvraag van de Belgische nationaliteit 
    • De nieuwe bijlage 3septies wordt in de Belgische nationaliteitswetgeving niet vermeld als mogelijk bewijs van wettelijk verblijf, noch op het ogenblik van het indienen van de aanvraag, noch voor de periode voorafgaand aan het indienen van de aanvraag. Bovendien houdt wettelijk verblijf ook in dat je je hoofdverblijfplaats in België moet hebben gedurende die hele periode, wat betekent dat je moet ingeschreven zijn in het rijksregister. Periodes van verblijf met een bijlage 3septies komen dseptieus niet in aanmerking als wettelijk verblijf bij een nationaliteitsverklaring.
  • Het recht op OCMW-steun                        
    • Aangezien Unieburgers met een bijlage 3septies een verblijfsrecht van meer dan drie maanden hebben, voldoen zij aan de voorwaarde van wettig verblijf voor het recht op (equivalent-) leefloon. De OCMW- en RMI-wet stellen verder ook als voorwaarde dat de aanvrager zijn werkelijke en gewoonlijke/bestendige verblijfplaats in België moet hebben. Dit is een feitenkwestie en is niet afhankelijk van een inschrijving in het rijksregister of het bezit van een welbepaald verblijfsdocument. Alhoewel het verblijfsdoel van unieburger met een bijlage 3septies mogelijk tijdelijk is, is het toch niet uitgesloten dat deze zijn werkelijke verblijfplaats in België heeft. Het OCMW moet dit geval per geval onderzoeken.